Berichten

Van hard werken is nog nooit iemand dood gegaan.

Een oneliner vaak uitgesproken door harde werkers. Ik wil het hier niet hebben over of deze uitspraak wel of niet op waarheid berust. Belangrijker vind ik of je oprecht blij wordt van het harde werken dat je doet en dat het je ook lukt om regelmatig NIET HARD TE WERKEN zonder je schuldig te voelen? Ik hoop het zo. Als je hier volmondig JA op kunt zeggen, dan is er ook echt niks mis met jouw harde werken.

Anders wordt het als je merkt dat het een patroon is wat je gevangen houdt. Als je niet goed weet hoe het anders moet. Als je merkt dat je af en toe (bedekt) afgunstig bent naar mensen die heel goed kunnen NIKSEN.

De harde werkers die ik hier bedoel zijn niet per definitie carrière tijgers, maar ze zijn over het algemeen wel goed in wat ze doen. Mensen hebben het vaak over deze harde werkers, maar praten minder vaak écht met ze. Meestal zien mensen harde werkers als krachtig, sterk en zelfstandig. Het zijn mensen waar je op terug kunt vallen, op kunt steunen en die je helpen als je even omhoog zit. Ze kunnen afgunst oproepen. Het lijkt immers of ze altijd de hele wereld aan kunnen.

Deze harde werker kan zich met regelmaat behoorlijk eenzaam, ondergewaardeerd en onzeker voelen. Moe en uitgeblust zichzelf afvragen waarom dit toch allemaal moet? Intens verlangen naar even niets moeten, nergens hoeven te zijn en niets te hoeven oplossen. Maar dit verlangen blijft ongehoord en ongezien want een harde werker gaat altijd door. “Je gaat er toch niet dood van?” zeg je tegen jezelf. Daarnaast: “wie gaat het dan doen?”

Hoe kom je zo gevangen te zitten in hard werken? Harde werkers hebben het, net als ieder ander mens, nodig om gezien en gehoord te worden. Een manier omdat voor elkaar te krijgen is hard werken, beter dan je best te doen. Vaak niet alleen op het werk maar ook in het privé leven. Ze trekken de kar, nemen het initiatief en zijn een ieders steun en toeverlaat.

Dat maakt dat je niet om ze heen kunt en ze dus gezien en gehoord worden. Vaak is dit ergens in de vroege jeugd al ontstaan. Het is een karakterstructuur of overlevingsmechanisme, gedrag wat ontstaat om behoeftes vervuld te krijgen. Nu kun je zeggen dat er ergere gedragspatronen zijn dan hard werken en dat is absoluut waar. Hard werken kan je ook veel goeds brengen en dat maakt het nu juist nog moeilijker om dingen anders te gaan doen.

Maar wat als je jezelf die kans niet geeft? Dan word je eigenlijk nooit echt gezien of gehoord. Niet door anderen maar vooral niet door jezelf. Wat je andere mensen en jezelf laat zien is slechts de harde werker, maar een deel van jou. Mijn ervaring met deze harde werkers is dat ze niet snel tevreden zijn met hun harde werk. Het kan altijd beter, meer en harder. Dus het is ook nog een ondergewaardeerd deel wat nooit rust krijgt.

Niemand is alleen maar sterk, krachtig, zelfstandig en aardig. Iedereen heeft ook een kant die het wel eens even niet meer ziet zitten, verdrietig en bang is, maar die stopt deze harde werker maar wat graag weg. Simpelweg omdat ze geen idee heeft wat ze er mee moet. Maar echt helpen doet dat niet. Echt weg gaan deze gevoelens niet en met enige regelmaat wordt deze harde werker overstelpt door deze gevoelens waar ze geen raad mee weet. Hoe hard je hieraan ook werkt, ze gaan nooit echt weg.

Een harde werker zal niet gemakkelijk zelf om hulp vragen of over haar/zijn gevoelens spreken. Omdat hij/zij uitstraalt zo sterk te zijn bieden mensen het ook niet snel uit zichzelf hulp aan en vragen ze ook niet door als er als antwoord op de vraag: “Hoe gaat het met je” wederom een “Goed hoor” volgt. Zo komt er nooit erkenning voor jou; voor jouw hele persoon.

Wat als je sterk MAG zijn maar het NIET HOEFT te zijn om te MOGEN zijn wie je bent? Het begint allemaal bij van je ECHTE persoonlijkheid te leren HOUDEN. Dat je voelt diep van binnen dat je niet hard hoeft te werken om gezien en gehoord te worden.

De mooiste ervaringen in het leven zijn die momenten waarin je geen controle hebt. Die momenten waarop het leven gewoon door je heen stroomt en je voelt: “ik ben goed zoals ik ben en daar hoef ik niets voor te doen”.

Warme groet,

Annemarie